Geschiedenis
Het gebied waar nu Los Angeles ligt, werd vroeger bewoond door de Tongva- (of Gabrieleños) en de Chumash-volkeren. De eerste Europeanen kwamen aan land in 1542 onder leiding van Juan Rodríguez Cabrillo, een Portugees die het gebied opeiste als de Stad van God voor het Spaanse keizerrijk. Hij zette zijn reis voort zonder verder iets met het gebied te doen. Het volgende contact kwam pas 227 jaar later, toen Gaspar de Portolá met de missionaris Juan Crespí op 2 augustus 1769 deze regio bereikte. Crespí schreef dat dit gebied een grote nederzetting kon worden.
Los Angeles tussen 1890 en 1905
In 1771 bouwde de Spaanse franciscaner monnik Junípero Serra de Misión San Gabriel Arcangel bij de San Gabriel Valley. In 1777 werd de nieuwe gouverneur van Californië, Felipe de Neve, door Antonio María de Bucareli y Ursúa, onderkoning van Spanje, geadviseerd om van het gebied dat door Juan Crespí beschreven was, een dorp te maken. Het dorp werd op 4 september 1781 officieel gesticht, door een groep van vierenveertig stichters, bekend als “Los Pobladores”. Het kreeg de naam El Pueblo de Nuestra Señora la Reina de los Ángeles del Río de Porciúncula ("Het Dorp van Onze Vrouwe de Koningin der Engelen van de Rivier van Porciúncula"). De stichters kwamen uit Spanje. Driekwart van hen waren mulat of mesties en hadden daardoor een Afrikaanse en Indiaanse achtergrond.
Los Angeles tussen 1890 en 1905
In 1771 bouwde de Spaanse franciscaner monnik Junípero Serra de Misión San Gabriel Arcangel bij de San Gabriel Valley. In 1777 werd de nieuwe gouverneur van Californië, Felipe de Neve, door Antonio María de Bucareli y Ursúa, onderkoning van Spanje, geadviseerd om van het gebied dat door Juan Crespí beschreven was, een dorp te maken. Het dorp werd op 4 september 1781 officieel gesticht, door een groep van vierenveertig stichters, bekend als “Los Pobladores”. Het kreeg de naam El Pueblo de Nuestra Señora la Reina de los Ángeles del Río de Porciúncula ("Het Dorp van Onze Vrouwe de Koningin der Engelen van de Rivier van Porciúncula"). De stichters kwamen uit Spanje. Driekwart van hen waren mulat of mesties en hadden daardoor een Afrikaanse en Indiaanse achtergrond.